Saturday, February 20, 2016

De appel met de jas

Er was er eens een appel die beslist niet wilde
Dat iemand hem ooit, maar dan ook ooit schilde.
Tjee, zei de banaan, wat ben jij eigenwijs.
Maar de appel deed zijn jas niet uit, niet voor de minste prijs.
Dit is puur, dit is zoet, dit is lekker onbespoten
Bovendien zit deze appelschil mij heerlijk als gegoten!
De banaan haalde zijn schouders op, en zei, zo zo, ach wel,
ik heb er geen problemen mee en ontdoe mij van mijn vel.
 
Een dag of twee, drie later klonk er plotseling gegil
Help me, stop zeg, laat dat, blijf eens af van mijn mooie schil!
Stop met schillen, stop met pellen, doe niet zo idioot!
Ik wil niet zonder jasje, zeg! ik wil niet helemaal bloot!
Daar stond de appel even later, en niet meer zo bespraakt.
Beschamend stond hij stil te zijn, hij was nu poedelnaakt..
 
Hij huilde en hij griende en hij snikte van verdriet.
Want zonder jasje verder leven wilde de appel niet.
Totdat hij toen van bladerdeeg
Een schitterend nieuw jasje kreeg
Goh dacht hij, en pinkte een laatste traan
Nooit geweten dat een nieuw jasje mij zo prachtig zou staan.
 
Toen werd hij in de warme oven
met wat suiker erop zo naar binnen geschoven.
 
Vijftien minuten later was hij bruin en krokant
Je weet wel, zo bruin, maar net niet verbrand
Zo, dacht de appel, ontroerd en bedeesd.
Ik ben nog nooit zo prachtig geweest.
Maar wat de appel niet kon weten
Is dat iemand hem later op zou eten.

No comments: